In de 12de eeuw heette die plein “Groot plein” en werd er gehandeld in specerijen, groenten, sieraden, zijde, hout en vee. Â Ook nu wordt op het Oude Stadsplein nog volop handel gedreven maar in het teken van toerisme.
Rondom het plein staan prachtige gebouwen zoals de Sint-Nicholaaskerk, de Tynkerk die herkenbaar is dankzij de torentjes met daarvoor de Tynschool met een zuilengang die toegang geeft tot de oude kerk. Â Ook het Kinskypaleis bevindt zich hier.
Het Oude Stadsplein was echter ook het toneel voor dramatische gebeurtenissen. Â In 1621 lieten de winnende Habsburgers, na de Slag bij de Witte Berg, 27 protestantse edelen terechtstellen. Â De kruisen in het plaveisel voor de Raadhuistoren herinneren aan de slachtoffers.
En in het midden van het plein staat het standbeeld van de hervormer Jan Hus die in 1415 een martelaarsdood stierf wegens ketterij. Rondom hem zijn onderdrukten en opstandigen uitgebeeld.
Het meest gekende gebouw op het plein is echter het Oude Raadhuis met het zogenaamde “astronomische uurwerk”. Â Deze toren van bijna 70 meter werd voltooid in 1364. Â In 1338 kregen de inwoners van Praag het recht een eigen wijkraad samen te stellen en ze besloten daarop dit Raadhuis te bouwen. Â De laat-gotische deur naast de toren is de hoofdingang van het Raadhuis en in het rooskleurige gebouw, waarop het wapenschild van de stad prijkt, is de toeristische dienst gevestigd. Â Via dit gebouw kan je met een gids een bezoek aan het Raadhuis brengen en krijg je eveneens toegang tot de oude gewelven onder het gebouw. Â Â Â Â
Maar de gevelklok is en blijft het hoogtepunt van het gebouw en werd begin 15de eeuw gemaakt door klokkenmaker Hanus. Â Het grootste deel van het mechanisme werd tussen 1552 en 1572 door Jan Taborsky gemaakt.
Het “astronomische uurwerk” bestaat uit drie schijven. Â Er is een vaste schijf in het midden en de daarvan onafhankelijk draaiende buitenrand en de zodiakring. Â Er zijn ook drie wijzers. Â Een wijzer met een handje, een zonnetje dat op die wijzer heen en weer schuift en een wijzer met een sterretje die vast verbonden is met de zodiakschijf.
Naast het uurwerk staan de vier grootste gevaren voor de mensheid zoals die (voor alle duidelijkheid) destijds werden gezien. Â De Dood dreigt met de zandloper, Ijdelheid koketteert met haar spiegelbeeld, de Turk dreigt met nog meer oorlogen en de Gierigaard schudt met zijn volle geldbeugel.
De astronomische wijzerplaat geeft de tijd aan en laat de stand van de zon en de maan zien. Â Het uurwerk geeft vijf soorten tijd aan:
– De plaatselijke tijd van Praag.
– De tijd gemeten in een verdeling van 12 uren tussen zonsopgang en zonsondergang.
– De tijd gemeten in een verdeling van 24 uren die aangeeft hoelang de zon verwijderd is van het moment van zonsondergang (Boheemse of Italiaanse uren).
– De plaats van de zon in de zodiak of dierenriem.
– De sterrentijd.
Boven het uurwerk staan twee deurtjes die elk uur opengaan waarna een parade van Apostelen verschijnt. De opvoering begint wanneer het skelet aan het touwtje trekt en naar de zandloper kijkt en eindigt bij het kraaien van de haan (boven de deurtjes). Â De Apostelen zijn pas in 1865 toegevoegd.
Onder het uurwerk bevindt zich de kalender die in 1866 door Josef Manes werd gemaakt. Â Het is een wijzerplaat met de medaillons die de dagen en maanden voorstellen en waarop voor elke dag een heilige wordt aangeduid.
(Op de fotopagina kunt u nog andere foto’s bekijken van Praag)